De Agenda van Rob van der Bijl

Stedebouwkundig adviseur te Amsterdam
Auteur en beheerder van de website
Light Rail Atlas (www.lightrail.nl)

Tekst overgenomen uit: Verkeerskunde (www.verkeerskunde.nl), nr. 10, 18 december 2001

HOME...
[home]

Verkeerskunde (VK): Wat voor soort agenda heeft u?
Een papieren Rijam memoplan, met zeven dagen naast elkaar. Ik heb eigenlijk alles elektronisch, dat moet ook wel, anders zou zoiets als de Light Rail Atlas ondenkbaar zijn. Maar de agenda blijft een papieren versie. Kun je in één oogopslag de hele week overzien en ook snel door desnoods een heel jaar bladeren. *)

VK: Wat gaat u vandaag doen?
Vanochtend vroeg op en de e-mail bekijken, daarna gebeld. Gelukkig vandaag geen afspraken, dat is dus de hele dag werken aan een opdracht van het Centrum Vernieuwing Openbaar Vervoer (CVOV). Samen met professor Maurits van Witsen ben ik bezig om ter voorbereiding van komende CVOV-projecten het terrein van regionaal openbaar vervoer in kaart te brengen. Natuurlijk gaan we juist in op light rail. Voorlopig vooral aandacht voor de economische en stedebouwkundig-planologische aspecten. Die worden nu nog vaak onvoldoende of nauwelijks onderkend.
Aan het eind van de dag even fietsen en aangezien het winter is, doe ik dat dus binnen, drie kwartier met de racefiets in de TACX-roller geklemd.

VK: En wat doet u vanavond?
Vanavond is toevallig het vaste overleg van lightrail.nl. We lopen dan systematisch alle nieuws en ontwikkelingen in Nederland en daarbuiten door. Altijd een heel leuke, inspirerende bijeenkomst. We maken ons trouwens de laatste tijd wel zorgen over de voortgang van light rail-projecten in Nederland.

VK: Nog plannen voor het weekend?
Ja en nee. Zaterdagochtend is altijd gereserveerd voor boodschappen en inkopen op de Lindengrachtmarkt. Lekkere Beemsterkaas kopen, daar ben ik vooral op uit. Ja, dat is voordeel als je in het centrum van Amsterdam woont. De zondagochtend heb ik altijd gereserveerd om aan de Light Rail Atlas te werken. Lekker rustig en geen gezeur aan je hoofd. De ideale omstandigheden om nieuwe pagina's te maken.
Maar zondagmiddag ga ik met Renée, mijn dochter, naar Ajax-Nac. Als kleine jongen was ik al helemaal weg van voetbal, Scheveningen Holland Sport, en sinds kort heb ik de draad weer opgepakt. Heerlijk ontspannend.

VK: Met wie zou het liefst op korte termijn een afspraak maken?
Met Robert Moses. Een Amerikaanse stedenbouwer die een enorme stempel drukte op de ontwikkeling van New York in de jaren dertig tot zestig. Het was een man met een ongekende visie op de betekenis van infrastructuur. Dankzij hem heeft New York heel wat mooie wegen en bruggen gekregen.
Moses was een pragmatische, niettemin bezielende doordouwer, die als geen ander het belang van infrastructuur onderkende en tegelijkertijd besefte hoe moeilijk het is om infrastructuur te realiseren.
Dit is mijn favoriete citaat: "It takes more than a good idea to make great public improvements. The fact is that such things happen when there are leaders available, ready to take advantage of the logic of events. Even then the whole result is accomplished by a series of limited objectives over a surprisingly long period of years." Daar kunnen we het ook heden nog mee doen. Maar ja, de goede man is in 1981 overleden.


(C) Light Rail Atlas: Regionale netwerken in Nederland

VK: Wat zou u op 'nationale agenda' willen zetten als het om verkeer gaat?
In de eerste plaats de kwaliteit van het regionale bestuur. Ik bedoel het ontbreken daarvan. Nederland vormt feitelijk de optelling zo'n acht stedelijke regio's. Maar de bestuurlijke condities zijn hier nauwelijks op toegesneden. Noch de provincies, noch de kaderwetgebieden, en de individuele gemeenten al helemaal niet, zijn voldoende toegerust om regionale vraagstukken op het gebied van verkeer en vervoer op te lossen. Dat is bijvoorbeeld voor de totstandkoming van light rail de belangrijkste bottleneck.
Mijn tweede punt hangt hier mee samen: de decentralisering van het spoorvervoer. Dat betekent simpelweg dat we het net van stoptreinen moeten omvormen tot relatief zelfstandige regionale netwerken. En niet zoals nu, zo her en der een klein lijntje aanbesteden. Dat zet geen zoden aan de dijk om tot een verantwoorde exploitatie te komen.
En dan mijn derde, maar niet laatste punt: heel snel een volwassen pilot Light Rail in een stedelijke regio. De RijnGouwelijn zou zich daarvoor prima lenen; gelukkig start volgend jaar een proefbedrijf tussen Alphen en Gouda. Zo'n pilot zou heel wat meer kennis opleveren dan nog meer studies. Kennis die van nationaal belang is, willen we de mobiliteit in goede banen leiden. Wie neemt de handschoen op?

*)
Naschrift: op 29 december 2001 is Rob zijn agenda kwijtgeraakt.

 



Speciale dank aan Wim Krop.

(C) RVDB, Amsterdam 2002

HOME...
[home]